De arbeidsparticipatie in Nederland

vergrootglas We hebben naast de werkloosheid twee andere interessante criteria voor de gezondheid van onze arbeidsmarkt; de bruto en netto arbeidsparticipatie. En deze twee criteria worden als volgt door het CBS omschreven:

  • Bruto arbeidsparticipatie: het aandeel van de (werkzame en werkloze) beroepsbevolking (15 tot 65 jaar) in de potentiële beroepsbevolking
  • Netto arbeidsparticipatie: Het aandeel van de werkzame beroepsbevolking (15 tot 65 jaar) in de potentiële beroepsbevolking

Voor de goede orde; de potentiele beroepsbevolking zijn alle personen tussen de 15 tot 65 jaar.

En de ontwikkeling van deze twee criteria over de afgelopen 10 jaar is buitengewoon interessant. Althans, voor een enkeling. Misschien…

Die ontwikkeling ziet er zo uit:

Ontwikkeling van de bruto (rood) en netto (blauw) arbeidsparticipatie, 2003 – heden. Bron: CBS 

Ontwikkeling van de bruto (rood) en netto (blauw) arbeidsparticipatie, 2003 – heden. Bron: CBS

De bruto arbeidsparticipatie is op dit moment dus op zo’n beetje op het hoogste punt van de gepresenteerde periode; wat op zich een bijzonder goede ontwikkeling is. Hiermee is de bruto arbeidsparticipatie van Nederland ook een van de hoogste in de wereld. Opvallend is daarbij de sterke groei van de bruto arbeidsparticipatie sinds juni 2011, waarmee de lichte dip van na de financiele crisis volledig ongedaan is gemaakt. Nederland heeft dus nauwelijks last gehad van het discouraged worker syndrome, wat een deel van de werkloze doet besluiten geheel uit de beroepsbevolking te treden.

Helaas heeft de netto arbeidsparticipatie in de afgelopen jaren geen gelijke tred gehouden met die van de bruto arbeidsparticipatie. Want waar tot de financiele crisis de netto arbeidsparticpatie aanzienlijk sneller steeg dan de bruto arbeidsparticipatie is daar met het uitbreken van de financiele crisis volledig de klad in gekomen. De netto arbeidsparticipatie is fors ingezakt om vervolgens slechts heel licht (en golvend) te herstellen. Maar bij lange na niet tot het niveau van vlak voor de financiele crisis. Er is min of meer sprake van een stagnatie, hoewel het dieptepunt van na de financiele crisis (66,7 in maart 2010)  wel behoorlijk lager is dan zelfs het huidige dieptepunt van 67,2 (juni 2012).

Met het huidige werkloosheidscijfer in het achterhoofd is het weinig realistisch om een stijging van de netto arbeidsparticipatie te verwachten in de komende tijd. Het is echter vooral de vraag in hoeverre de bruto arbeidsparticipatie het ongekend hoge niveau kan behouden. Met de opeenvolging van recessies en de slechte economische vooruitzichten lijkt het slechts een kwestie van tijd voordat Nederland wel in sterkere mate te maken gaat krijgen met dat akelige discouraged worker syndrome. Waardoor de bruto arbeidsparticipatie wel degelijk zal gaan inzakken.

Geef een reactie

4 Comments
  • Chris Stapper
    says:

    Misschien een domme vraag, maar als de AOW omhoog gaat, bestaat de potentiële beroepsbevolking dan niet uit de mensen van 15-67? Maar goed, als we dit meetellen, dan zijn de cijfers niet vergelijkbaar meer.

  • Jeroen
    says:

    Marc,

    Wederom interesting shizzle…

    Ik las laatst dat een toenemend aantal werkzoekenden al enige tijd in de schoolbanken zit en een groeiende groep werkzoekend zich weer inschrijft in het onderwijs. Er vanuitgaande dat deze groep onderdeel is van de bruto arbeidsparticipanten mag ik aannemen dat dat deel voorlopig zal (blijven) dalen.

    Ben sowieso benieuwd wat na de verkizingen de invloed zal zijn van een nieuw kabinet op deze grafieken. 

  • jasper bos
    says:

    Beste Marc,

    Wederom weer een interessant artikel van jou echter ben ik niet zo zeker van het feit dat de bruto arbeidsparticipatie wel degelijk zal gaan inzakken. Het gaat hier namelijk om ”het aandeel van de (werkzame en werkloze) beroepsbevolking (15 tot 65 jaar) in de potentiële beroepsbevolking.” Hier kunnen mensen alleen uit verdwijnen als ze zich 1. niet meer registreren als werkloos of  2.als ze weer naar terug naar school gaan of vergeet ik een mogelijkheid excuseer mij dan.

    1.Mensen geven zich op als werkloos om in aanmerking te komen voor een uitkering dit aantal kan wellicht gestegen zijn omdat mensen bang zijn dat hun werkende partner wellicht zijn of haar baan gaat verliezen. Of omdat men in dit soort tijden makkelijker een uitkering kan blijven krijgen omdat aangenomen worden toch een kleinere kans van slagen heeft.

    2. Mensen moeten weer terug naar school gaan. Deze optie word niet echt aantrekkelijk gemaakt door de overheid met hun boete’s, afschaffingen, verhogen van college geld, geen OV en dan nog maar niet te spreken over de kwaliteit van het onderwijs.

    Naast dat ik denk dat deze 2 hand in hand gaan. denk ik dat de Bruto arbeidsparticipatie alleen gaat dalen als ook de Netto arbeidsparticipatie gaat dalen.

    • Jesper
      says:

      Ik denk dat ook de migratie van beroepsbevolking van en naar Nederland een deel van invloed is op de potentiële beroepsbevolking.
      Ik ben eigenlijk veel meer benieuwd in hoeverre Nederland last gaat krijgen van het discouraged worker syndrome. Is dat een situatie die iedere bevolkingsgroep met een vast percentage aan gevallen overkomt, of afhankelijk is van de karaktereigenschappen van de bevolkingsgroep? Ik kan mij voorstellen dat bijvoorbeeld de nuchtere houding van de gemiddelde Hollander dit effect toch wat teniet kan doen. Dat ze hierdoor minder gevoelig zijn voor het negatieve beeld van de Nederlandse economie, als die er al is.
      Verder lijkt het mij ook aannemelijk dat de netto- en brutto-lijntjes verder uit elkaar gaan lopen gezien de geschatte werkloosheidcijfers.