NOA zegt: werkzoekers en recruiters zijn achterlijk

NOA Enige tijd geleden heb ik zonder commentaar de volstrekt lachwekkende conclusie van het NOA gepubliceerd. Ondertussen heeft Michel Rijnders zich op uitstekende en kritische wijze uitgelaten over de betrouwbaarheid van de onderzoeksresultaten van het NOA. En het leek me een goede zaak om daar een duit aan toe te voegen.

Waarbij ik me op dit moment beperk tot het volume aan personeelsadvertenties dat via print en online de wereld in wordt geslingerd. Tegen de achtergrond van onderstaand statement van NOA op hun homepage:

Hoe zoeken mensen naar een nieuwe baan? Welke media raadplegen zij? Welke rol speelt internet? Zijn printmedia uitgespeeld of toch niet? Het Nationaal Onderzoek Arbeidsmarkt (NOA) geeft antwoord op deze […] vragen

Even logisch nadenken en een beetje rekenwerk
Het NOA onderzoek heeft als belangrijkste antwoord dat 70% van de mensen via printmedia naar een nieuwe baan zoeken en 69% via Internet. Laat ik aan de hand hiervan eens een beetje gaan rekenen. Hiervoor gebruik ik de volgende gegevens over het 3e kwartaal van 2010:

  • Volgens UWV WERKbedrijf waren er in totaal 484.000 NWW-ers (september 2010)
  • Volgens het CBS zijn er 197.000 vacatures ontstaan
  • Volgens Nielsen is de verdeling vacatures online versus print: 93,2% respectievelijk 6,8%. Hier valt het nodige op aan te merken, maar zeker is dat de printmedia niet benadeeld worden met deze verdeling

En laat ik er nou eens voor het gemak vanuit gaan dat alleen die 484.000 NWW-ers in het 3e kwartaal op zoek zijn gegaan naar een baan. Volgens NOA hebben dus:

  • 333.960 NWW-ers via Internet naar werk gezocht
  • 338.800 NWW-ers via de krant naar werk gezocht

Dat zijn dus vrijwel dezelfde aantallen NWW-ers die via krant en/of Internet hebben gezocht. Maar dan moet het in die krant wel een drukke boel zijn! Want als we de cijfers van het CBS over het aantal ontstane vacatures eens verdelen op basis van de resultaten van Nielsen ontstaat het volgende beeld:

  • 183.604 vacatures zijn via Internet gepubliceerd
  • 13.396 vacatures zijn via printmedia gepubliceerd

Hmm… wat betekent dat voor de verhouding tussen het aantal vacatures en het aantal NWW-ers per medium? Nou, dat is een heel bijzonder plaatje:

  • Per vacature op Internet zijn er gemiddeld bijna 2 NWW’-ers beschikbaar
  • Per vacature in print zijn er gemiddeld ruim 25 NWW-ers beschikbaar

Maar… wacht eens even! Als ik me niet vergis zegt NOA dus eigenlijk het volgende:

  • Alle recruiters in Nederland die hun vacatures online plaatsen zijn ongelofelijke oetlullen . Want het aantal eyeballs in de krant is meer dan 10 keer zo hoog in vergelijking met Internet!
  • Tegelijkertijd zijn alle NWW-ers die in de krant naar werk zoeken ook enorme oetlullen. Want de competitie voor het vinden van een baan is op Internet veel lager dan via de krant!

Dus… dus… volgens NOA moeten recruiters massaal omschakelen naar de krant en werkzoekers massaal naar het Internet gaan. Maar dan… dan… Shit! Ik kom er niet meer uit. De logica van het NOA gaat me boven de pet. Dat moet komen omdat het uitgevers zijn. Die heb ik sowieso nog nooit begrepen.

Conclusie

In tegenstelling tot hetgeen het NOA op haar homepage beloofd, geeft het onderzoek geen antwoord op vragen. Integendeel; het roept uitsluitend vragen op. Verder schoffeert het NOA met haar onderzoeksresultaat ook nog eens werkzoekers en recruiters die ze impliciet beticht van onjuist mediumgebruik. Wat een bizar onderzoek is dit toch…

Geef een reactie

5 Comments