Mijn voorspellingen voor 2012: werkloosheid

kristallen bol In deze tweede aflevering van mijn thematische reeks voorspellingen voor 2012 leek het me aardig om een bijzonder actueel thema bij de kop te pakken: de (stijgende) werkloosheid. Met een nieuwe recessie en een economisch bijzonder onzeker 2012 is dat tenslotte een aanzienlijk relevanter onderwerp dan de ondertussen beschimmelde (en hypocriete) boodschap van een structurele krapte op de arbeidsmarkt als gevolg van die enorme uitstroom van babyboomers.

Hypocriet omdat vooral intermediairs en arbeidsmarktonderzoekers pogingen doen deze boodschap levend te houden. Zij hebben er tenslotte financieel voordeel bij als onwetenden hun niet-onderbouwde gereutel voor zoete koek slikken. Helaas is er geen stevige cijfermatige onderbouwing van deze paniekvoetballers te krijgen. Het is daarom beter de aandacht te richten op de echte problemen die ons op korte termijn te wachten staan. Een naar verwachting sterk oplopende werkloosheid waarbij sociale onrust niet mag worden uitgesloten.

Onze arbeidsmarkt ademt mee met de economie. Zo is het altijd geweest en zo zal het naar alle waarschijnlijkheid ook altijd blijven. Alleen ademen economie en arbeidsmarkt niet op dezelfde manier uit. Althans niet tijdens de voorlaatste recessie, toen de financiele crisis in ons land zorgde voor een snelle, sterke krimp van de economie zonder vergelijkbare krimp van de arbeidsmarkt. Een unicum. Maar ondertussen ook een unicum waar het CPB met een zeer plausibele verklaring voor is gekomen. Helaas bevat deze verklaring tegelijkertijd de kiem voor een potentieel veel sterkere krimp van de arbeidsmarkt in de huidige recessie:

De consensus is ondertussen dat we al in een recessie zitten […]. Een snelle opeenvolging van recessies is een zeer ongezonde ontwikkeling voor het bedrijfsleven en daarmee voor de werkgelegenheid. Want als we de vijf factoren van het CPB nogmaals tegen het licht houden, is er dit keer niet langer sprake van een gunstige situatie:

  1. Bedrijven zijn niet meer mild pessimistisch. Het vertrouwen in een scenario van economische groei is bijzonder laag te noemen
  2. Geschikt personeel in bepaalde beroepsgroepen blijft onverminderd lastig om te vinden
  3. De financiele positie van het Nederlandse bedrijfsleven is er als gevolg van de financiele crisis niet op vooruit gegaan
  4. Het lijkt niet waarschijnlijk dat loonkosten nog verder kunnen worden beperkt zonder ontslagen
  5. Nu investeringen versneld zijn afgeschreven is deze mogelijkheid niet langer aanwezig.

 

Bedrijven hebben op dit moment dus een veel minder goede uitgangspositie dan bij het uitbreken van de financiele crisis. Waardoor de mogelijkheid om personeel te ‘hamsteren’ een stuk kleiner is geworden. Waarmee de kans dat in de komende recessie wel personeel moet worden ontslagen een stuk groter is geworden.

 

Too pig to failMaar wat gaat de huidige recessie dan precies betekenen voor de werkloosheid? Heel veel hangt af van (het gebrek aan) besluitvaardigheid bij de verantwoordelijken binnen Euroland; de politieke leiders van de landen en de bestuurders van de ECB. Hun track record in het oplossen van de Eurocrisis is echter abominabel en met elke dag die verstrijkt zonder echte oplossing neemt de omvang en de diepte van het probleem slechts toe. Het ‘probleem’ beperkt zich overigens tot het redden van grootbanken. Die dankzij de ‘medeplichtigheid’ van de politieke leiders gered gaan worden van hun onverantwoordelijke gedrag op kosten van de belastingbetaler, onder het tegenwoordig o, zo populaire motto: privatized gains and socialized losses. Wat de primaire reden is achter de ondertussen talloze bezuiningsmaatregelen die binnen alle Eurolanden afgekondigd zijn of nog gaan worden. Deze bezuinigingen hebben een directe en negatieve impact op de economie met als logisch gevol een stijgende werkloosheid.

Simpel gezegd; hoe groter (en langduriger) de bezuinigingen, des te hoger de werkloosheid. Waarbij we aan voorspellingen geen tekort hebben. Zoals de overigens (alweer achterhaalde) voorspellingen van ING of ons nationale gokinstituut CPB. Zij voorspellen een gemiddelde werkloosheid in 2012 van 6,3% resp. 6,5% (eigenlijk zegt het CPB hiermee: 6,375% – 6,675%). Waarmee de werkloosheid in enige maand wel eens dichtbij de 7% kan komen. Maar er zijn zelfs geluiden van een werkloosheid van 8%. Het bontst maakt Jan-Peter Cruiming (oprichter Jobbird) het door met een voorspelling van 12,8% in 2013 te komen. Onwaarschijnlijk hoog, maar laten we niet vergeten dat een land als Spanje ondertussen al meer dan een jaar met een werkloosheid van (ruim) boven de 20% zit. Niets lijkt onmogelijk…

Een stijging van onze werkloosheid volgens nationale definitie tot (ver) boven de 6% lijkt ondertussen een gegeven. Het Nederlandse bedrijfsleven kan niet langer personeel hamsteren; de kans is aanzienlijk groter dat personeel versneld wordt ontslagen. Met een huidige werkloosheid van 5,8% zal een stijging in 2012 boven de 6,5% wel eens een optimistisch scenario blijken te zijn. Het zou mij niets verbazen als we in de huidige recessie met een werkloosheid van meer dan 7% geconfronteerd gaan worden in 2012. Waarbij een verdere groei in de daarop volgende jaren evenmin mag worden uitgesloten.

Vooral lager opgeleide werknemers dreigen hierbij het kind van de rekening te gaan worden. Productiviteitsstijging als gevolg van vergaande automatisering, uitbestedingen van werkzaamheden naar landen met (aanzienlijk) lagere lonen en groeiende eisen in kennis en kunde zijn in ieder geval belangrijke potentiele oorzaken voor deze verwachting. Met als gevolg een relatief hoge werkloosheid onder het laag opgeleide (<MBO) deel van de potentiele beroepsbevolking. In combinatie met vergaande bezuinigingen kan dit wel eens tot een tweedeling in de maatschappij zorgen, met als risico een sociale onrust waarvan de excessen eerder dit jaar in de UK duidelijk werden. Om nog maar te zwijgen van de rellen die vooral in Griekenland hebben plaatsgevonden. Daarnaast kan een dergelijke ontwikkeling koren op de molen van populistische bewegingen als de PPV zijn. Met een verdere polarisatie van de samenleving als gevolg. Geen optimistisch vooruitzicht.

Tegelijkertijd is, en blijft, er sprake van een krapte binnen bepaalde beroepsgroepen. Dit is vrijwel uitsluitend het gevolg van een mismatch tussen vraag en aanbod die ook in de komende jaren veelal zal blijven bestaan. Een krimpende economie zorgt ervoor dat het hierbij slechts om een vervangingsvraag gaat waardoor de problematiek zich, relatief gezien, beperkt.

Onze economie zal naar alle verwachting geen (serieus) herstel in 2012 laten zien. De wereldeconomie gaat in toenemende mate gebukt onder de gigantische schuldenberg waar we collectief (prive, zakelijk en overheid) mee opgezadeld zitten. De daaruit voortvloeiende financiele druk zorgt voor een bijzonder magere economische groei, als er al sprake zal zijn van enige groei in het komende jaar. Maar ook voor de daarop volgende jaren zijn de vooruitzichten ronduit somber te noemen. De huidige crisis, die feitelijk in 2008 begon, zal zich nog vele jaren doen gelden. De tijd van voor de financiele crisis komt binnen enig afzienbare termijn echt niet terug. Daarvoor zijn de problemen te structureel en te omvangrijk. En het oplossend vermogen van onze politieke ‘leiders’ te beperkt.

Een structureel hoge, maar ongelijk verdeelde, werkloosheid is slechts één van de negatieve gevolgen van deze problematiek. Maar wel eentje met een potentieel zeer grote impact op onze samenleving.

Laat een antwoord achter aan Chris Stapper Reactie annuleren

12 Comments