Werkloosheid in januari 2021 daalt naar 3,6%

Nederlandse vlagIk zit nog altijd te wachten op de CBS cijfers van de werkloosheid volgens de nationale definitie.. Maar ik ben bang dat CBS hier nooit meer mee gaat komen. En daarom zit er niets anders op nog altijd de ILO-cijfers te gaan hanteren; waardoor er geen ondergrens is aan het aantal uur dat iemand werkt. Met als gevolg dat allerlei kleine baantjes meegeteld worden waarmee, ten opzichte van de nationale definitie, een te rooskleurig beeld van de werkgelegenheid wordt geboden. Het zij zo.Of zou ik misschien een WOB-verzoek moeten doen?

Een jaar geleden stond de werkloosheid op 3,0% (januari 2020). En voorafgaand aan de Covid pandemie zakte de werkloosheid zelfs nog onder de 3%-grens (2,9% in februari en maart van 2020). Maar in het voorjaar van 2020 veranderde alles en vanaf dat moment steeg de werkloosheid tot boven de 4%. Met 4,6% als ‘hoogtepunt’ (augustus) om vervolgens weer snel te dalen naar 3,6%, in januari.

Overall
Zo ziet de werkloosheidsontwikkeling voor de Nederlandse beroepsbevolking (15 – 75 jaar)er uit:

Gecorrigeerde werkloosheidspercentages, januari 2003 – januari 2021. Bron: CBS, ILO-definitie

Gecorrigeerde werkloosheidspercentages, januari 2003 – januari 2021. Bron: CBS, ILO-definitie

DE start van 2021 is dus crescendo. En dat terwijl we volgens het CBS in de grootste economische krimp sinds de Tweede Wereldoorlog.De arbeidsmarkt begs to differ. Althans, de werkloosheid. Want als we kijken naar de flexibele schil via de ABU proxy, dan is er no altijd krimp te noteren. Maar die flexibele schil zit natuurlijik ook in de cijfers over de werkloosheid. Krimpende flexibele schil = stijgende werkloosieid? Niet in Nederland. De enige verklaring die ik ervoor kan geven is dat bij werkloosheid direct afscheid wordt genomen van de beroepsbevolking en snel in de niet-beroepsbevolking wordt gedoken. Maar dat is een cijfermatige ‘verklaring’ en eentje die niet kan stroken met de werkelijkheid. Met andere woorden, ik heb er een woorden voor.

Overigens is het niet zo dat voor de verschillende leeftijdsgroepen de werkloosheid zich op een gelijke wijze heeft ontwikkeld. Daarom is het wel aardig om eens te kijken naar de onderliggende ontwikkelingen.


Werkloosheid 15 – 25 jarigen
Voor de jongste leeftijdsgroep ziet de werkloosheidsontwikkeling er als volgt uit:

Gecorrigeerde werkloosheid, 15 – 25 jaar, januari 2003 – januari 2021. Bron: CBS, ILO-definitie

Gecorrigeerde werkloosheid, 15 – 25 jaar, januari 2003 – januari 2021. Bron: CBS, ILO-definitie

DE jeugdwerkloosheid volgt in het algemeen de schommelingen van de economie met een versterking. En dat is zeker het geval geweest met de pandemie, waar de werkloosheid van 6,3% in maart 2020 is gestegen naar 11,3% in september.Een bijna-verdubbeling in 6 maanden. Maar sinds di tijd lijkt er een kalmte over de jeugdwerkloosheid te zin gekomen. Ondertussen staat de werkloosheid alweer op 9,1% in januari. Zijn jongeren uitgestroomd en weer in de virtuele schoolbanken gekropen? Of zijn er ineens flexbanen die zich nog niet in de cijfers van de ABU laten zien.


Werkloosheid 25 – 45 jarigen
Voor de middelste leeftijdsgroep ziet de werkloosheidsontwikkeling er als volgt uit:

Gecorrigeerde werkloosheid, 25 – 45 jaar, januari 2003 – januari 2021. Bron: CBS, ILO-definitie

Gecorrigeerde werkloosheid, 25 – 45 jaar, januari 2003 – januari 2021. Bron: CBS, ILO-definitie

De werkloosheid onder 25 – 45 jarigen is gedaald van 3,4% in december naar 2,9 in januari 2021. Tijdens een lockdown en het dwingende verzoek om niet naar werk te gaan. Ik heb tot mijn 12e geloofd in Sinterklaas, maar hier heb ik moeite mee. Mijn hersenen snappen dit simpelweg niet. Achteraf zal het vast wel duidelijk worden maar voor dit moment moet ik enige duiding van de cijfers schuldig blijven.Mond vol tanden.

Overigens in dezelfde categorie; voor het uitbreken van de pandemie stond de werkloosheid op 2,7% (februari – maart 2020). Nu, middenin de pandemie, staat de werkloosheid op 2,9%. Natuurlijk…

Werkloosheid 45 – 75 jarigen
Voor de oudste leeftijdsgroep ziet de werkloosheidsontwikkeling er als volgt uit:

Gecorrigeerde werkloosheid, 45 – 75 jaar, januari 2003 – januari 2021. Bron: CBS, ILO-definitie

Gecorrigeerde werkloosheid, 45 – 75 jaar, januari 2003 – januari 2021. Bron: CBS, ILO-definitie

Ook hier lijkt het schrikeffect van de pandemie alweer achter de rug; de werkloosheid laat een scherpe daling zien tot 2,3% in januari 2021. En dat betekent dat de grijze duiven de laagste werkloosheid van de drie leeftijdsgroepen laten zien. Had ik al gezegd dat ik een grijze duif ben? Excuus. Maar ik ga even een feestje bouwen.


Verandering van werkloosheid per leeftijdsgroep
In onderstaande grafiek heb ik de verandering van de werkloosheid per leeftijdsgroep weergegeven, op basis van de gecorrigeerde werkloosheid volgens de ILO definitie:

Verandering van de werkloosheid per leeftijdsgroep (2003 = 0), januari 2003 – januari 2021, o.b.v. gecorrigeerde werkloosheid volgens ILO-definitie (CBS)

Verandering van de werkloosheid per leeftijdsgroep (2003 = 0), januari 2003 – januari 2021, o.b.v. gecorrigeerde werkloosheid volgens ILO-definitie (CBS)

Wat meteen opvalt is dat de momenten van stijgen en dalen van de trendlijnen per leeftijdsgroep verschilt op een vrijwel consequente manier. De werkloosheid daalt het eerst bij 15 – 25-jarigen, dan bij de middelste leeftijdsgroep en dan bij de 45 – 65-jarigen. Omgekeerd stijgt de werkloosheid als eerste bij de jongeren, dan bij de 25 – 45-jarigen en dan bij de grijze duiven. Net als in de echte wereld zijn de jongeren de early adopters en de grijze duiven de laggards.

Wat dit patroon interessant maakt, is het gebruik ervan om de toekomst te duiden. We zien een omkering van de trendlijn bij zowel de jongeren als de 25 – 45-jarigen (waarbij dit keer de jongeren niet als eerste maar als tweede omkeren).

Zowel de jongeren als de middengroep stijgen weer snel, terwijl de grijze duiven net de kaap van laagste werkloosheid hebben gekeerd. Histoire se répète…

Geef een reactie