Werkloosheid daalt in februari 2023 naar 3,5%

Nederlandse vlagVoor de tweede maand van het nieuwe jaar is de werkloosheid uitgekomen op 3,5%, een daling van 0,1% ten opzichte van januari 2023 en een stijging van 0,1% ten opzichte van een jaar geleden (februari 2022).

Terwijl we op dit moment overspoeld worden emoties van bankensmetvrees (wie herinnert zich niet de bankencrisis van 2008?) door het omvallen van de Silicon Valley Bank is de werkloosheid een baken van rust. Stijgingen en dalingen van 0,1% per maand zorgen voor minimale rimpelingen in de spiegelgladde vijver die de werkloosheid op dit moment representeert. En het is natuurlijk wel zo dat we naar de cijfers van februari kijken, toen was de SVB (de Amerikaanse variant) nog kerngezond… Ook de verrassende statenverkiezingen hebben natuurlijk nog geen vat op de werkloosheid, en ik kan me niet voorstellen dat al het politieke gehakketak dat wel gaat krijgen. Handen af van de werkgelegenheid is daarom mijn advies aan de marketeers die zich tegenwoordig politici noemen.


Overall werkloosheid
Zo ziet de werkloosheidsontwikkeling voor de Nederlandse beroepsbevolking (15 – 75 jaar) er uit gedurende de laatste 20 jaar:

Gecorrigeerde werkloosheidspercentages, januari 2003 – februari 2023. Bron: CBS, nieuwe definitie

Gecorrigeerde werkloosheidspercentages, januari 2003 – februari 2023. Bron: CBS, nieuwe definitie


Een miniscule daling aan het einde van de trendlijn laat de daling van de werkloosheid in februari (naar 3,5%) zien. Zoals gezegd, miniscule rimpelingen in een spiegelgladde vijver.

Overigens is het niet zo dat voor de verschillende leeftijdsgroepen de werkloosheid zich op een gelijke wijze heeft ontwikkeld. Daarom is het wel aardig om eens te kijken naar de onderliggende ontwikkelingen.



Werkloosheid 15 – 25 jarigen
Voor de jongste leeftijdsgroep ziet de werkloosheidsontwikkeling in de laatste 20 jaar er als volgt uit:

Gecorrigeerde werkloosheid, 15 – 25 jaar, januari 2003 – februari 2023. Bron: CBS, nieuwe definitie

Gecorrigeerde werkloosheid, 15 – 25 jaar, januari 2003 – februari 2023. Bron: CBS, nieuwe definitie


De werkloosheid onder 15 – 25 jarigen blijft onveranderd, op 7,8% en daarmee meer dan twee keer zo hoog als de overall werkloosheid (3,5% in februari).stevig te noemen, een maand hiervoor daalde de werkloosheid nog van 7,8% naar 7,5%. Tegelijkertijd is de huidige jeugdwerkloosheid, in vergelijking met de afgelopen 20% nog altijd zeer laag te noemen. Maar er lijkt ook ruimte voor een verdere daling, gezien de onevenredig grote behoefte aan personeel bij het bedrijfsleven en de publieke sector.

Enkele maanden geleden liet ik de onderstaande grafiek voor de eerste keer zien, met als opmerking dat we een fluwelen revolutie van het vrouwelijk deel van de jeugdige beroepsbevolking aanschouwden. Een paar maanden, en een rollercoaster, later is dat wederom het geval, met een lagere werkloosheid onder vrouwelijke jongeren in vergelijking met het manneijk deel:

Gecorrigeerde werkloosheid naar geslacht, 15 – 25 jaar, januari 2003 – februari 2023. Bron: CBS, nieuwe definitie

Gecorrigeerde werkloosheid naar geslacht, 15 – 25 jaar, januari 2003 – februari 2023. Bron: CBS, nieuwe definitie


Ondanks recente schommelingen blijft het een feit  dat de werkloosheid onder het jongere vrouwelijke deel (in de periode van januari 2003 tot heden) van de beroepsbevolking sterker is gedaald dan onder het jongere mannelijke deel.



Werkloosheid 25 – 45 jarigen
Voor de middelste leeftijdsgroep ziet de werkloosheidsontwikkeling er de laatste 20 jaar als volgt uit:

Gecorrigeerde werkloosheid, 25 – 45 jaar, januari 2003 – februari 2023. Bron: CBS, nieuwe definitie

Gecorrigeerde werkloosheid, 25 – 45 jaar, januari 2003 – februari 2023. Bron: CBS, nieuwe definitie


Het blijft natuurlijk een opmerkelijk beeld, met op dit moment een werkloosheid van slechts 3,0%. En dat is onveranderd ten opzichte van januari van dit jaar en iets hoger in vergelijking met februari 2022 (2,8%). Van recessie is geen spoor te bekennen en dat wordt ook bevestigd door het CBS. Groei in plaats van krimp en een vrijwel volledig werkzame beroepsbevolking.  What could possibly go wrong?

Werkloosheid 45 – 75 jarigen
Voor de oudste leeftijdsgroep ziet de werkloosheidsontwikkeling er de laatste 20 jaar als volgt uit:

Gecorrigeerde werkloosheid, 45 – 75 jaar, januari 2003 – februari 2023. Bron: CBS, nieuwe definitie

Gecorrigeerde werkloosheid, 45 – 75 jaar, januari 2003 – februari 2023. Bron: CBS, nieuwe definitie


De grijze duiven tikken in februari een ongekend lager werkloosheid van 2,2% aan! Dat is maar liefst 0,2% lager dan in januari 2023 en februari 2022. Zo bont hebben we het nog nooit gehad. Het oudere deel van de beroepsbevolking rocks, alleen werkgevers weten dat nog in onvoldoende mate. En dat is behoorlijk dom, want de bruto arbeidsparticipatie onder ouderen is 63%. Vergelijk dat eens met de bruto arbeidsparticipatie onder 25- tot 45-jarigen (90%).



Verandering van werkloosheid per leeftijdsgroep
In onderstaande grafiek heb ik de procentuele verandering van de werkloosheid ten opzichte van 2003 (=0%) per leeftijdsgroep weergegeven, op basis van de gecorrigeerde werkloosheid volgens de laatste CBS definitie:

Verandering van de werkloosheid per leeftijdsgroep (2003 = 0), januari 2003 – februari 2023, o.b.v. gecorrigeerde werkloosheid volgens een nieuwe definitie (CBS)

Verandering van de werkloosheid per leeftijdsgroep (2003 = 0), januari 2003 – februari 2023, o.b.v. gecorrigeerde werkloosheid volgens een nieuwe definitie (CBS)


Er is een behoorlijke eensgezindheid tussen de trendlijnen van de 3 leeftijdsgroepen, waarbij er tegelijkertijd (voor een groot deel van de grafiek) er een klein faseverschil is. De trendlijn van de 15 – 25-jarigen begint meestal iets eerder met een stijging dan de andere twee, en hetzelfde geldt voor een daling. Geen opzienbarende ontwikkeling (jongeren vertrekken in het algemeen als eerst tijdens een verslechtering van de arbeidsmarkt, maar worden als eerste weer aangenomen als de situatie verbetert) maar het wordt ook duidelijk weergegeven in de trendlijnen.

Ook interessant, de %verandering van de trendlijn voor jongeren is veel minder sterk dan die bij de andere leeftijdsgroepen; meestal bestaat het beeld dat juist de jongeren het hardst geraakt worden door een crisis terwijl dat in ieder geval in deze grafiek niet blijkt; eerder het tegenovergestelde.

Zo mogelijk nog opvallender; de grijze duiven doen het de laatste jaren extreem goed, en duidelijk beter dan de andere twee leeftijdsgroepen.  Er is een hypothetische verklaring op basis van de arbeidsparticipatie.

  • De bruto arbeidsparticipatie van de grijze duiven is op dit moment 63% en heeft de laatste twintig jaar een min of meer continue groei laten zien, vn 50% in 2003 tot 62% nu. In theorie zit hier dus nog zeer veel ruimte, maar het kan zijn dat de deelnemers van deze groep daar andere gedachten over hebben, zeker als ze tot het oudere deel behoren.
    Maar als de trend maatgevend is dan is er nog een behoorlijke groei te verwachten. En is er misschien nog extra lucht bij werkende ouderen in part-time?
  • De bruto arbeidsparticipatie van de middengroep staat op 90% en is al jaren zeer hoog.
    Hier valt weinig te halen, met uitzondering van part-timers die misschien bereid gevonden kunnen worden om meer uren per week te gaan werken. Wonderen zijn hier volgens mij niet van te verwachten.
  • De bruto arbeidsparticipatie van de jongeren is 76% en is in 10 jaar 10 met zo´n 8% gegroeid. Maar zit er naar de toekomst toe nog groei in? En hoe zit het met deeltijdwerk onder de huidige werkende jongeren?

Een simpele verklaring is dus dat er meer te halen valt bij de oudjes. Moet ik het zelf uitrekenen of begrijp je dat er dus nog een ferm onbenut potentieel ligt. Vooroordelen zijn een luxe die je je in tijden van krapte niet kunt veroorloven. Acteer daarnaar! O ja, mij hoef je niet te benaderen, maar dat terzijde.

Geef een reactie