CPB kijkt weer in haar kristallen bol

Logotype CPB Het CPB is gisteren met een tweetal omvangrijke rapporten op de proppen gekomen: het Centraal Economisch Plan (CEP) 2010 en de Economische Verkenning 2011-2015.

Hoewel het CPB recent een serie enorme flaters heeft geslagen met haar inschattingen van de werkloosheid zijn beide rapporten natuurlijk wel verplichte kost als je serieus naar de ontwikkeling van onze economie kijkt. En de positie van de arbeidsmarkt daarbinnen.

In vogelvlucht ziet de ontwikkeling van de arbeidsmarkt er tot en met 2011 als volgt uit:

CPB: Kerngegevens arbeidsmarkt 2007 - 2011

CPB: Kerngegevens arbeidsmarkt 2007 – 2011

Het arbeidsaanbod groeit nog altijd; ook in 2011. Die groei wordt in 2010 en 2011 uitsluitend veroorzaakt door een toename van de arbeidsparticipatie. De tegenvallende economie en de vergrijzing zorgen namelijk door een daling van het arbeidsaanbod.

De groei van de werkgelegendheid zit zowel in 2010 als 2011 volgens het CPB uitsluitend in de zorgsector. Als deze prognose klopt is dit natuurlijk zorgwekkend (pun intended). Want de zorgsector produceert tenslotte helemaal niets. De marktsector, waar wel productie plaatsvindt, krimpt in 2010 en blijft in 2011 op nul steken. De werkgelegenheid in de overheid zal in 2011 afnemen, na een nulgroei in 2010. Geen verrassing, er zal hard gesneden moeten worden in het ambtenarenapparaat om de gigantische overheidstekorten terug te brengen.

Met andere woorden, werkgelegenheid in productieve sectoren neemt de komende jaren slechts af. Geen gezond beeld voor onze economie; en dan druk ik me nog heel voorzichtig uit.

De werkloze beroepsbevolking blijft zoals bekend dit jaar steken op 6,5%; ook voor 2011 verwacht het CPB eenzelfde cijfer. Voor de periode 2011 – 2015 verwacht het CPB een werkloosheid van 5,25%. Dat is dus structureel hoger dan in de periode voor 2009 en niet bepaald een prettig vooruitzicht.

Er is op basis van de twee rapporten van het CPB weinig wat vrolijk stemt over de ontwikkeling van de Nederlandse arbeidsmarkt in de komende jaren. We worden met een structureel hogere werkloosheid geconfronteerd in een arbeidsmarkt die zich steeds meer in de richting van de zorgsector opschuift.

Er is slechts 1 lichtpuntje. En dat is de kwaliteit van de ramingen van het CPB. Die zijn abominabel, zoals het CPB in onderstaande grafiek laat zien:

CPB: Middenlange termijn: ramingen en realisaties CPB: Middenlange termijn: ramingen en realisaties

De grapjassen van het CPB stellen nog dat de gemiddelde afwijking tussen raming en realisatie slechts 1,1% is, maar dat is slechts in een directe vergelijking tussen percentages van de raming en de realisatie. Als het echter zou worden berekend als een factor op basis van de raming dan is het verschil in het algemeen schokkend hoog.

Verder lijkt het er op dat in tijden van economische neergang de ramingen (veel) te positief zijn en in tijden van economische groei te negatief. Daar moet toch rekening mee kunnen worden gehouden in die miljoenen verslindende rekenmodellen van het CPB?

Tijdens de ferme neergang begin jaren tachtig is het verschil tussen de raming in de werkelijkheid schokkend te noemen, hetzelfde geldt dus voor de situatie van 2008 tot heden. Oftewel, als het stormt kan je beter met een natte vinger de ontwikkeling van de economie meten dan te vertrouwen op het CPB. En daarmee is direct de vraag beantwoord wat we aan de ramingen voor de komende jaren hebben: bijzonder weinig…

Geef een reactie

7 Comments