Naar aanleiding van het laatste, en uiterst fraaie, werkloosheidscijfer van het CBS was deze korte interactie op Twitter te lezen:
Ronald Dekker verwijst met zijn opmerking van ‘discouraged workers’’ naar de opvallend hoge stijging van de niet-beroepsbevolking die in 1 maand tijd met maar liefst 25.000 personen is toegenomen. Wat feitelijk de enige verklaring is voor de scherpe daling van de werkloosheid van 8,5% naar 8,2%. Volgens Dekker zijn er dus veel mensen die het zoeken naar werk eenvoudigweg hebben opgegeven. Mathijs Bouman denkt echter dat die exodus uit de beroepsbevolking is veroorzaakt door personen die juist meer vertrouwen hebben gekregen in de nabije toekomst
Twee zeer uiteenlopende verklaringen voor hetzelfde fenomeen. Maar wie heeft er gelijk? Daar is een kort onderzoekje voor nodig.
Bouman verwijst voor zijn ‘meer vertrouwen’ hypothese naar een eerder artikel van zijn hand waarin de eerdere (en zeer scherpe) stijging van de werkloosheid juist werd veroorzaakt door een hoge influx uit de niet-beroepsbevolking
Door het gebrek aan baanzekerheid van kostwinners, zijn niet-werkende partners zich gaan aanbieden op de arbeidsmarkt. Als een soort verzekering tegen ontslag van de kostwinner. Stijgende werkloosheid heeft op deze manier het arbeidsaanbod aangemoedigd en de werkloosheid verder doen oplopen.
Deze ontwikkeling zou zich volgens Bouwman met name in 2012 hebben voorgedaan, de periode waarin de werkloosheid explosief is gestegen. Om de beweringen van Bouman te controleren heb ik voor de afgelopen jaren de ontwikkeling van het vrouwelijke deel van de niet-beroepsbevolking (per leeftijdsgroep) bekeken. En dat geeft het volgende beeld:
Ontwikkeling niet-beroepsbevolking vrouwen per leeftijdsgroep, 2008 – november 2013. Bron: CBS
Ik ben er vanuit gegaan dat niet-werkende partners in overgrote meerderheid vrouwen zijn. Mogelijk ben ik ondertussen een dinosaurus geworden, maar dit lijkt me toch een aannemlijke veronderstelling?
Verder dient te worden aangetekend dat de krimpende niet-beroepsbevolking onder vrouwen van 45 – 65 jaar onderdeel is van een langjarige trend waarbij de arbeidsparticipatie onder deze leeftijdsgroep sterk is toegenomen. De daling van de niet-beroepsbevolking in 2012 onder deze leeftijdsgroep dient dus eerder in dit licht te worden gezien dan als een verzekering tegen het ontslag van hun partner. Bedenk daarbij ook nog eens dat het werkloosheidspercentage onder deze leeftijdsgroep (zowel mannen als vrouwen) het laagst is. Daarmee lijkt ook de noodzaak van een verzekering tegen het ontslag van hun partner het laagst.
Onder de leeftijdsgroep 25 – 45 jarige vrouwen zien we een duidelijke daling van de niet-beroepsbevolking in de maanden van 2012 en dat geeft in potentie voeding aan de hyptohese van Bouman. Maar als de enorme groei van de niet-beroepsbevolking zou moeten worden verklaard uit een toenemend vertrouwen in de toekomst dan zou het toch juist hier moeten optreden? En uit de cijfers blijkt dit niet. In de afgelopen maanden is de omvang van de niet-beroepsbevolking nauwelijks veranderd.
De niet-beroepsbevolking groeit wel (en zeer hard) bij het 15 – 25 jarige vrouwelijke deel van de potentiele beroepsbevolking. En bij deze leeftijdsgroep is in de omvang van de niet-beroepsbevolking in 2012 juist niets veranderd. Met andere woorden, hier is iets totaal anders aan de hand dan een groei van vertrouwen dat de kostwinner niet ontslagen gaat worden.
Met andere woorden, de bewering van Bouwman dat de groei van de niet-beroepsbevolking het gevolg is van een toenemend vertrouwen in de baanzekerheid van de kostwinner lijkt niet te worden ondersteund door de gepresenteerde cijfers. Op basis van deze cijfers lijkt het echter zeer aannemlijk om te veronderstellen dat een groeiend deel van de 15 – 25 jarigen als discouraged worker moet worden gekwalificeerd. En dat plaatst de (overigens zeer beperkte) daling van de werkloosheid van deze leeftijdsgroep in een geheel ander en bijzonder ongunstig licht.
hoi
says:allemaal geklets blablabla
Jeroen
says:Werkzoekende doet even een duit in de zak.
Ik weet niet waar het punt ligt dat je als werkzoekende ‘discouraged’ raakt maar de mijne kwam na een maand of 8. Na 6 maanden even een volledige ‘meltdown’, ik kon immers maar zoveel afwijzingen hebben en zo vaak genegeerd worden ook al weet ik dat het crisis is. Mijn motto is al lange tijd ‘life’s a game, play it like a pro’ maar ik ben dus meer amateur dan gedacht. Zal allemaal wel kloppen en erbij horen, thuiszitten is even leuk, maar het moet niet te lang duren. Studies hierover zijn weinig te vinden.
Mijn vrouw werkt ja, maar dat interesseert me weinig: ik wil gewoon zelf ook aan de slag. Ik ben 38, HBO en WO-opgeleid én vakgerichte cursussen en redelijk wat HR-ervaring en zit thuis. Geen ramp, ik zie mijn zoontje van dichtbij opgroeien en dat zien veel leeftijdsgenoten helemaal niet. Het heeft voordelen, zeker, maar die komen niet uit het feit dat mijn vrouw baanzeker is door haar vaste aanstelling. Verre van.
Moraal: iedere werkzoekende raakt op een punt in zijn carriere wel ‘discouraged’ en komt daar (mettertijd) ook weer uit (hoop ik). Zekerheid is leuk, maar volgens veel leeftijdgenoten ook vooral voor je hypotheekaanvraag. Zo heb je een baan, zo ben je hem kwijt: faillissement of ontslag, einde contract en geen verlenging of een vriendelijk verzoek met een handdruk(je) weg te gaan wegens ‘bedrijfseconomische redenen’.
Zo, dat wilde ik even delen: fijne dagen allemaal!
Maarten Wienbelt
says:Ook niet uitkering gerechtigden doen een duit in het zakje. Na 3 jaar WW krijg je een periode alvorens je de bijstand in mag waarin mensen al hun reserves even mogen opsnoepen. Veelal overwaarde van een huis dat onder water staat overigens. In 2008 waren dit volgens mij 45.000 mensen en het gaat nu door de 125.000 mensen. Daarnaast starten nog
Herbert Prins
says:Ook de werkloosheid en arbeidsparticipatie onder jongere is erg intransparant. Weet het niet precies maar is de grens wel werkloos niet werkloos niet op het punt 12 uur of meer (weet niet meer precies waar de grens ligt). Er kunnen velen reden zijn voor jongeren om meer of minder te willen werken zowel positief als negatief. Ouders die niet of wel kunnen bijdragen tijdens de studie. Regels rond studiefinanciering etc. Begreep van de zelfde Mathijs Bouwman dat juist de aantallen jongeren en het aantal uren werkloos zoveel fluctueren.
Marc Drees
says:De grens voor het meetellen in de cijfers van de (niet-)beroepsbevolking voor de nationale definitie ligt bij 12 uur of meer per week willen en kunnen werken.
De trend bij jongeren (15 – 25 jarigen) in de afgelopen 10 jaar is een afnemende bruto arbeidsparticipatie. Onder 15 – 20-jarigen is de bruto arbeidsparticipatie afgenomen van 27,2% naar 22,8% (een krimp van ruim 16%, Onder 20 – 25-jarigen is het van 66,9% naar 61,3% gegaan, een krimp van ruim 8%. Dat is geen fluctuatie maar een trend…
Annemarie Stel
says:Het lijkt mij dat het groeien van de niet-beroepsbevolking onder 15-25 jarigen ook – en misschien wel vooral – te wijten is aan het feit dat mensen in hemelsnaam dan maar wat langer doorstuderen. En dat de ‘daling van de niet-beroepsbevolking’ (een lastige dubbel-negatief: = stijging van de beroepsbevolking) in die categorie straks als een vloedgolf over de economie gaat spoelen.
Marc Drees
says:Langer doorstuderen is sinds 2008 het credo, maar hoe lang kan je blijven doorstuderen?
Annemarie Stel
says:Lang. Het is ook niet per individu, maar voor het cohort in zijn geheel.
Jacqueline van Kalsbeek
says:Tot je een ons weegt. ‘Natuurlijk’ adviseren zogenaamde deskundigen en politici ‘langer door te studeren’, want dan hebben ze het minst ‘last’ van deze werkzoekenden, ze verdwijnen ook lekker uit ‘de statistieken’ als werkzoekende. ‘Probleem opgelost’. Dat blijven ‘leren via opleidingen’ zo goed is voor een mens is ook zeer discutabel, want wat is het resultaat c.q. (financieel)rendement van al die opleidingen? Opleidingen kósten vooral geld, zeker als je al genoeg opleiding hebt… Dan kun je beter leren door te leren op je werk. Learning by doing, by working. En wanneer gaat een mens dan eens ‘geld verdienen’? Nee, los die ‘crisis’ nu eens ècht op!! En stop met het afwentelen van de problemen op de zogeheten ‘economisch zwakkeren’: flexwerkers in loondienst, ZZP-ers, werkzoekenden! Want al die werkers in vaste dienst kunnen maar lekker doorblijven gaan met geld verdienen, sommigen krijgen er zelfs méér bij…
Rechtvaardige verdeling van welvaart? Nee, die is er lang niet meer. Want zolang er geen gelijke kansen op (loondienst)inkomen zijn, kán er geen rechtvaardige verdeling van welvaart zijn.