Niet alleen het NOA komt met cijfers over het bereik van de verschillende kanalen bij de oriëntatie op de arbeidsmarkt (ook wel vacatures zoeken genoemd…).
Ook het Arbeidsmarkt GedragsOnderzoek (AGO) kwam de afgelopen week met cijfers over het zoekgedrag van consumenten. In tegenstelling tot het NOA heeft het AGO geen uitgevers als opdrachtgever…
En dat is direct duidelijk als we de cijfers van beide onderzoeken met elkaar vergelijken, tenminste als het om print en online kanalen gaat:
Oftewel, waar NOA print hoger laat scoren dan online toont AGO een volstrekt tegenovergestelde situatie.
Een groot voordeel van het AGO onderzoek is dat hier daadwerkelijk naar verschillende jaren wordt gekeken; daarbinnen kan overigens ook per kwartaal nog worden verbijzonderd. En dat terwijl het NOA 2009 onderzoek anderhalf jaar bestrijkt (2008 plus eerste halfjaar 2009).
En zoals eerder gemeld, het AGO onderzoek is niet in opdracht van een specifieke kanaaleigenaar gedaan; wat natuurlijk wel het geval is bij het NOA onderzoek.
Aanbeveling
Wil je cijfer op het gebied van arbeidscommunicatie? Dan heeft AGO waarschijnlijk het meest betrouwbare antwoord.
Wil je een felgele reclamefolder van de verzamelde uitgevers? Dan moet je het NOA 2009 rapport bestellen.
Verantwoording
Van het AGO onderzoek heb ik de cijfers als volgt behandeld:
- Als Online zijn geteld de percentages van Vacaturesites, Bedrijvensite, Zoekmachine/search engine en e-mail service/job agent
- Als Print zijn geteld de percentages van Dagblad/krant totaal, Huis-aan-huisblad/lokale weekkrant en Vakblad of tijdschrift
Voor zowel het AGO als het NOA onderzoek zijn de resulterende percentages voor Online en Print tot 100% teruggebracht.
Marc Drees
says:@Thomas:
Als ik even naar Ruport Murdoch kijk zou het me niets verbazen als er bij print bedrijven naalden in voodoo poppetjes worden gestoken. In de ijdele hoop dat hiermee het boze Internet lamgelegd kan worden…
Daarnaast gaat NOA bij herhaling aantoonbaar de fout in. Verleden jaar door de cijfers te kleuren door middel van een verschuiving van de leeftijdspyramide in eigen voordeel, dit jaar door cijfers van 1,5 jaar bij elkaar te gooien waardoor enig effect van de recessie wordt gedempt. Een effect dat niet onopgemerkt voorbij is gegaan voor de printindustrie.
Objectief onderzoek is natuurlijk mogelijk, maar vooral door de volledige methode openbaar te maken. En daarmee onafhankelijke herhaling. NOA noch AGO zullen hiervoor openstaan, beiden wensen geld te verdienen met de resultaten van hun onderzoek.
Maar ik heb medelijden met de account manager die met de schaamlap van NOA op pad moet. Wat zal die een onzin moeten verkopen!
Thomas Waldman
says:Er maar even van uitgaan dat ook bij de printbedrijven geen heksenkringen en duivelse altaren in de executive suites staan? Biased research is al zo oud als de mens zelf. Lees voor de grap de paragraaf Pirates and Global warming op deze wikki eens.
Statistisch onderzoek is heel makkelijk te kleuren. Daarom zijn bedrijfseigen of brancheigen onderzoek bij voorbaat niet als waarheid aan te nemen.
Het is dus wel heel makkelijk om meteen het NOA omver te gooien om opdrachtgevers. In plaats daarvan zou je de twee partijen een verzoek om inzage van de vragen kunnen sturen en dan vervolgens beoordelen welk onderzoek het best weergeeft.
Ook online kanalen zijn vaak niet transparant en spelen het zelfde spelletje. Denk aan de blogs over Monster en VNU die met cijfers speelde hier op RM.
Marc Drees
says:@Michel:
Oei, dat doet pijn!
Het structureel hogere volume aan respondenten en het feit dat niet anderhalf jaar aan data bij elkaar worden gegooid misschien? Dat zijn twee onderscheidende factoren. Beiden in het voordeel van AGO.Beide onderzoeken publiceren de onderliggende vragen niet. Dus daar valt weinig over te zeggen.
Oh ja, en dan zijn er nog de opdrachtgevers…
Michel Rijnders
says:Ha Marc,
Ik ben wel benieuwd naar je kritische blik op het AGO. ‘Het meest betrouwbaar’ van twee onderzoeken gebaseerd op het feit dat het ene onderzoek beter aansluit op je perceptie van de werkelijkheid zegt natuurlijk nog niet zoveel over de daadwerkelijke betrouwbaarheid. Zie je buiten de betalers van het onderzoek ook op methodiek en inhoud verschillen in betrouwbaarheid?
Lydia van de Made
says:En nu afwachten welke vertaalslag de verschillende uitgevers/opdrachtgevers van het NOA op hun beurt gaan communiceren naar de adverteerders. Het bereik van de verschillende kanalen kan op uitgeversnivo dan zomaar helemaal uiteenlopen.