Ik weet niet of ik die uitspraak voor mijn rekening zou durven nemen. Hij is afkomstig van SETU, de organisatie die zorgt voor voor standaardisatie van elektronisch berichtenverkeer in de uitzendbranche. Volgens SETU is het onwerkbaar als afnemers en aanbieders van flexibele arbeid voor iedere opdracht om de tafel moet[en] zitten om afspraken te maken over de manier waarop de elektronische informatieuitwisseling plaatsvindt. Wie het daarmee oneens is mag het pand verlaten.
De oprukkende digitalisering staat nu op het punt vacatures in een standaard te vangen. De uitzendbranche zei: SETU, kijk eens of we dat moeten willen. Het bestuur van SETU liet de uitwerking over aan de medewerkers, vier informatie- en communicatietechnologen van TNO, de club die bijdraagt aan de samenleving als geheel.
Enter WERK.nl
Terwijl dit alles zo gebeurde kon men ook bij WERK.nl de digitalisering niet langer tegenhouden. Vacatures stonden al op een website, maar een normale website is niet handig voor bedrijven die graag grootschalig vacatures rondpompen. Vacatures in xml-formaat, die goed de arbeidsmarkt inglijden, geen verstopping veroorzaken, verbeteren de stoelgang van die arbeidsmarkt. De dagelijkse stapel vacatures spoelt dan makkelijker door naar het bordje van de werkzoeker.
Een xml-definitie willen we dus. Daar halen de it’ers van WERK.nl hun neus niet voor op. Die bakken wel iets. Maar de bedrijfsarchitect, in alle omstandigheden de rust zelve, vindt het netter om eerst een peilstok in de behoefte van de markt te steken.
Wat zien we?
Behoefte meten doe je niet alleen. Dat doe je met een conferentie, 22 september jongstleden. Een frisgeurend veldboeket van vacaturebanken, job posters, uitgevers en softwareleveranciers zat frisgeschikt klaar rond een forse tafel en precies op tijd begon de inleiding in de digitale dienstverlening van WERK.nl.
Helaas werd deze grondig verstoord door een onbeschofte laatkomer die per se voor de spreker langs wilde en hem daarbij verrassend lang het spreken onmogelijk maakte.
Beren op de weg
Toen ik eenmaal zat, konden we dankzij Dennis Krukkert van SETU, een uitstekend discussieleider, echt beginnen. Hij stelde de eerste vraag: is een standaard voor vacatureuitwisseling technisch haalbaar? Het zonnige antwoord is: ja. Alle aanwezigen kennen wel iemand die xml kan typen. Als de standaard er is, zeggen we in koor, dan zullen we die adopteren, dan zullen we ervoor zorgen dat we ermee kunnen communiceren.
Dat begint goed!
De donkere wolke pakken zich echter al gauw samen. Want wie bepaalt eigenlijk wat er in een vacature moet staan? Werktijdfactor, secundair faxadres, rijbewijs? Voor sommige vacatures is het essentieel, voor andere ballast. Voor de aanduidingen leeftijd en sexe is het zelfs de vraag of die wel in een vacature mógen staan.
Maar het wordt nog erger. Een account executive kan een callcenter medewerker betreffen, maar ook de head honcho van een multinationaal verandertraject. Competenties binnen het ene bedrijf kunnen volledig afwezig zijn in een ander bedrijf. Elk vakgebied, elk bedrijf haar jargon. Een broek met zoveel pijpen hijs je niet zomaar op. Een taxonomie, een who’s who in functienamenland, is ver weg. En als je een vacature al niet op functienaam kunt indelen, waarop dan nog wel?
WERK.nl kan daar over meepraten. Ze hebben een prachtige functielijst, maar ze bijten hun tanden erop stuk. Vacatures zijn glibberig en week en als je ze in een systematiek probeert te proppen dan krijg je geheid rotzooi.
Broodjes smeren
Oplossingen iemand? Hierbij kwam de discussie los.
Riep iemand dat we overzichtslijsten, codelijsten moeten maken voor vacatureuitwisseling? Koppelen met functienamen, of dan tenminste met opleidingen?
Een adverteerder betoogde dat we onderscheid moeten maken tussen vacatures en advertenties. Een vacature is een onvervulde arbeidsplaats. Een advertentie is een wervende beschrijving daarvan. Deze kan paginagroot in de krant, maar kan ook als tweet, google add, online vacature of bord voor je hoofd.
Aan de overkant betoogde een visionair programmeur dat vacatures verpakt moeten worden. E-mail is ook verpakt, heel simpel, en dat werkt verbluffend goed. Er is een belangrijke rol weggelegd voor objectieve criteria. Als je kunt zien waar vacatures vandaan komen, welke weg ze hebben afgelegd, als je dat allemaal efficienter organiseert, dan wordt alles transparant.
Net toen ik dat begon te begrijpen werd de revolutie afgekondigd. De razendsnelle veranderingen in de arbeidsmarkt – noteer: advertentiemarkt – staan geen standaardisatie toe. Als je de rups nu in een cocon stopt, wat moet de vlinder straks dan?
Gelukkig kwam alles weer tot rust bij Dennis Krukkert. De opgewonden menigte moest nu immers antwoord gaan geven op de hamvraag.
Staan
Wie loopt er warm voor een xml-standaard? Wat volgde was een inventarisatie van de verschillende belangen.
- Verticals willen wel. Het maakt hun leven een stuk makkelijker. Nu moeten hun spiders steeds opnieuw op cursus, omdat vacaturesites steeds weer dingetjes wijzigen.
- Vacaturebanken zijn terughoudend. Ze hebben veel geld gestoken in eigen vacatureformaten en ze zouden het jammer vinden als concurrenten daarvan profiteren.
- Multiposters zijn tegen. Zij cateren de toren van Babel. De opleidingskosten voor hun digitale polyglotte tolk verdienen ze graag terug en dat gaat niet lukken als elke monoglot het kunstje kan overnemen. Eén multiposter was vóór. Verbreding naar kleinere partijen kan lucratief zijn voor softwareleveranciers. Zeker als je dat efficienter organiseert. Je eigen vacaturesite voor EUR2,95.
Zo, hebben we iedereen gehad?
Nee. De uitzenders – zij hadden SETU de opdracht gegeven – zijn nog niet gehoord.
Randstad, USG en Timing, gevraagd naar hun behoefte aan een standaard voor vacatureuitwisseling antwoordden: Werkzoekers bellen ons of komen gewoon langs.
Samenvattend, de markt ziet geen heil in een standaard voor vacatureuitwisseling en al helemaal niet in een taxonomie voor functienamen of competenties.
Epiloog
Die standaard gaat er natuurlijk gewoon komen. SETU en WERK.nl komen daar samen wel uit. Dat ze desalniettemin het veld erbij betrokken verdient waardering.
Nou. Het zat erop. Eindelijk bijkomen van deze goed georganiseerde en ontspannende conferentie. Met zijn allen hebben we nog twaalf minuten feestelijk nageborreld.
Een volgend blog over de oplossingen die ter tafel kwamen en die ik hier verzweeg
Marc Drees
says:Ik kan me nog goed herinneren dat in verband met hr-xml zo’n 10 jaar geleden ook van de uitzendorganisaties een bijdrage verwacht. Zoals veel van mijn collega’s stuurde ik naar dit soort meetings een medewerker die ik het best kon missen. Geen lovenswaardige beslissing; maar dit soort meetings hebben de akelige gewoonte te lang te duren tegen een te beperkt rendement. Een eenvoudige kosten/baten afweging zegt dan dat je beter niet kan gaan.
Aan de andere kant is een zekere mate van standaardisatie vanzelfsprekend behulpzaam bij de uitwisseling van informatie. Maar het is (voorlopig) een illusie te denken dat zowel het format als de inhoud aan standaards kan voldoen. Als het uberhaupt al wenselijk is.
Dirk Goossens
says:Tijden veranderen. Het allooi van de conferentie kon slechter. Directeuren, onderzoekers, een enkele CEO…
Het rendement ervan vernemen we graag van WERK.nl. Komt de standaard er? Heeft deze meeting daartoe bijgedragen?
De voorlopigheid van je illusie komt in een volgend blog aan de orde.
Marc Drees
says:Ik heb overigens Govert Claus verzocht om een kopie van zijn presentatie waarbij Werk.nl haar plannen rondom clearing house uiteen zet. Ik ben daar eerlijk gezegd bijzonder benieuwd naar. Net als naar die vermeende voorlopigheid van ‘mijn’ illusie ten aanzien van de (mate van) standaardisatie
Jeroen
says:Kostentechnisch gezien is het voor een bedrijf interessant om een standaard vacatureformaat zo te kunnen gebruiken. Zoiets valt niet te ontkrachten.
Een innovatief bedrijf komt met (nieuwe) ideeën. Zij zorgen dat ze zich kunnen onderscheiden van haar concurrenten waarin benchmarking een belangrijke rol speelt.
De wereld vraagt om een gemiddeld niveau, maar een uitstekend bedrijf streeft daar voorbij en biedt wat extra’s. Op die manier wordt een bedrijf groot of vaart mee met de rest.
Joep van Abeelen
says:Maar dat extra’s kan natuurlijk ook buiten het verzamelen en/of uitstrooien van vacatures vallen. In dergelijke gevallen is het buitengewoon handig voor innovatieve bedrijven om een makkelijk en eenvormig vacaturebestand aan te leggen (al dan niet van derden) en daar een laag op te bouwen. Extra’s zijn eenvoudiger als de basis stabiel en eenvormig is. Eenvormigheid is zelfs een stimulans voor innovatie omdat in de basis niets onderscheidends meer is te vinden. (Dat is tevens een reden voor de oude markt om niet te innoveren en standardiseren)
Jeroen
says:In dergelijke gevallen is het buitengewoon handig voor innovatieve bedrijven om een makkelijk en eenvormig vacaturebestand aan te leggen (al dan niet van derden) en daar een laag op te bouwen.
Eenvormigheid is zelfs een stimulans voor innovatie omdat in de basis niets onderscheidends meer is te vinden.
In de onderstreepte zinnen wordt eigenlijk aangegeven waar men dus voordeel kan halen. Een extra laag is een toevoeging wat een uniqueness creëert.
Degene die onderscheid kan maken in de basis, zal opvallen bij de consument. Verschil zit hem vaak in details.
Kijk is naar Apple iPhone tegenover de Samsung Galaxy S i9000, Apple wint op basis van eenvoud met details.
Jeroen
says:Bedrijven zitten sowieso niet te wachten op een gestandaardiseerd proces als dit. Enige vorm van concurrentievoordeel wordt gelijk weggenomen en de bedrijfsimage is niet meer wat het is. Standaardiseren is leuk waar dit kan, maar zit de klant hier nou echt op te wachten of zijn het meer de uitzenders zelf die graag profiteren van dit gemak?
Dirk Goossens
says:Hoe zie jij nieuwe, innovatieve bedrijven? Zou het handig zijn als zij de markt kunnen betreden zonder vooraf een eigen vacatureformaat te moeten ontwikkelen?