Als Reid Hoffman, oprichter van LinkedIn, had gezegd dat hij een nieuwe cv-databank had willen opzetten, was hij niet zo succesvol geweest als hij nu is. Toch blijkt dat de voornaamste functie te zijn van LinkedIn. ‘Follow the money’, is nog altijd het beste devies als je er achter wilt komen wat het echte bestaansrecht is van de site. Er wordt verdiend aan advertenties en premiumdiensten. Echter, maar liefst de helft van de inkomsten van LinkedIn blijkt afkomstig van recruiters die betalen om mensen met een profiel op LinkedIn rechtstreeks te kunnen benaderen.
LinkedIn is vooral een site om jezelf zakelijk in de etalage te zetten en te laten zien wie je allemaal kent. Daartoe ook aangemoedigd door de site zelf die de gebruiker op allerlei manieren maant om steeds meer informatie aan zijn profiel toe te voegen. Waartoe is dat nodig als het gaat om contact onderhouden met mensen die je kent? En zijn die echt geïnteresseerd in alle details van je werkende bestaan?, zijn de vragen die zich opdringen.
Is het een slimme truc van Hoffman om zijn site op een andere manier te verkopen dan zoals die in de praktijk werkt? Uit een recent interview met hem in de Financial Times wordt dat niet duidelijk. Het is lastig om de vraag te beantwoorden omdat de theorie achter LinkedIn klopt. Want het zijn juist vrienden van je vrienden, de zogenaamde zwakke connecties, waaraan je zakelijk het meeste hebt. De logica hierachter is dat zij je toegang verschaffen tot een heel ander ‘umfeld’, terwijl je directe contactennetwerk dat niet doet. Een andere theoretische pijler onder LinkedIn stoelt op het gedachtegoed van psycholoog Dunbar die beweert dat we nooit meer dan ongeveer 150 relaties actief kunnen onderhouden. Maar we kunnen een veelvoud daarvan passief of op afroep in stand houden in de digitale wereld. LinkedIn zou het antwoord daarop moeten zijn.
Het verschil tussen theorie en praktijk zit in wat de gebruikers met hun connecties doen. Vaak niet waarvoor LinkedIn is bedoeld. Terwijl je connecties een middel zouden moeten zijn om in contact te komen met mensen die je anders niet zou kunnen benaderen, lijkt het verzamelen van die connecties voor velen doel op zich geworden. Iedereen met een profiel op LinkedIn weet waarschijnlijk uit eigen ervaring dat je regelmatig wordt benaderd door mensen die je nauwelijks kent om te ‘connecten’. Waarom? Omdat voor mensen die jan en alleman een verzoek sturen geldt hoe meer hoe beter. Want veel LinkedIn-connecties geeft aanzien, is de impliciete regel die is gaan gelden.
Waarom is LinkedIn niet in de eerste plaats de netwerksite die het beweert te zijn? Omdat de essentie van netwerken is dat geven en nemen elkaar ongeveer in evenwicht moeten houden en geven vooraf gaat aan nemen. Je doet iets voor een ander om daar later misschien ooit nog iets voor terug te krijgen. Netwerken werkt niet op basis van een transactiemodel maar op basis van wederzijdse afhankelijkheid. Daar gaat het bij LinkedIn mis. Het is overduidelijk dat veel mensen anderen uitsluitend willen toevoegen aan hun netwerk om er zelf beter van te worden. LinkedIn wordt vooral gebruikt om te ‘nemen’ terwijl er niets of weinig wordt ‘gegeven’. En daarom werkt het niet als netwerk.
Hoffmans geesteskind voorziet duidelijk in een behoefte, maar niet in de behoefte die hij claimt. Maar recruiters zullen hem in ieder geval dankbaar zijn, hij maakt hun werk een stuk makkelijker.