Social media is van het goede teveel (inderdaad, de Belgische variant). Althans, dat betoogt Annemarie Stel in haar meest recente blog posting waarin zij weer eens vrolijk en weinig gefundeerd ten strijde trekt tegen de hype rondom social media in relatie tot recruitment. Waarbij ze helaas vergeet een onderscheid te maken tussen passieve en actieve werving en de wel zeer verschillende waarde van social media voor deze twee wervingsvormen.
Tegelijkertijd is social media natuurlijk wel heel erg omnipresent geworden. Dit wordt nog eens bevestigd door een onderzoeksrapport van Altimeter met de veelzeggende titel: A Strategy for Managing Social Media Proliferation. Een wat merkwaardige titel; want ga ik nou social media managen of ga ik de proliferatie van social media managen? Ik hoop het eerste. En het rapport bevat een interessant, zij het nogal schokkend inzicht.
Gemiddeld hebben de door Altimeter ondervraagde bedrijven (met > 1.000 medewekers) dus 178 social media accounts. De kans dat via al deze accounts met 1 stem wordt gesproken is waarschijnlijk verwaarloosbaar klein. En de kans dat al deze accounts ook zinvol worden gebruikt is waarschijnlijk nog kleiner. Met andere woorden; volstrekte wildgroei. Ongetwijfeld deels veroorzaakt door goedbedoelde initiatieven van medewerkers op allerlei plaatsen in de organisatie.
Nog interessanter is natuurlijk de vraag welke tijdsbesteding met al deze accounts gemoeid is en welke meerwaarde er aan de activiteiten via deze accounts kan worden ontleend. Dikke, dikke kans dat niemand dat met enige zekerheid kan zeggen. En dan beland je dus al snel in het domein van hobbyisme. Niets mee mis, als je Sinterklaas wil spelen. En anders is het heel, heel erg mis.
Het leukste onderdeel van dit rapport is de beschrijving van een vijftal scenario’s van social media management, inclusief de daarbij behorende tools (inderdaad, dit rapport is ongetwijfeld een door de vendors gesponsord verhaal):
Afgezien van de tool name-dropping vormen de beschreven scenario’s op dit moment een dekkende beschrijving van mogelijke social media marketing activiteiten van bedrijven. En daarmee zijn drie van de vijf scenario’s ook uitstekend te gebruiken voor passieve wervingsactiviteiten op social media. De drie scenario’s zijn Social Broadcasting (in enige mate althans), Platform Campaign Marketing en Distributed Brand Presence.
Waarmee niet alleen een theoretisch raamwerkje ontstaat om passieve wervingsactiviteiten in te positioneren maar tevens, voor bedrijven die daadwerkelijk wensen te investeren, ook een inzicht in de eventuele hulpmiddelen om een en ander te beheersen. Tegelijkertijd hoop ik dat bedrijven die de financiele middelen hebben om die investeringen te doen zich vooral richten op actieve werving via social media. Maar dat is natuurlijk voer voor een heel ander onderwerp.
Annemarie Stel
says:Gelukkig ben ik vrolijk en geen ‘chagrijnig oud mannetje’, dus kan ik goedgehumeurd zeggen dat in dit verhaal wel een heel dun verband wordt gelegd tussen de resultaten van een gebiased onderzoek naar social-mediagebruik in marketing aan de ene kant en recruitment aan de andere kant. Het bindende vermogen van social media met buitenstaanders blijkt een stuk lager te liggen dan wordt gepropageerd, wat een bepaald licht werpt op ‘passieve’ werving (employer branding en relatiebeheer). Qua boter bij de vis moeten deze media – zelfs na jaren van fanatiek pushen – de ouderwetse jobboards en de referralprogramma’s nog altijd royaal voor laten gaan. Gevoegd bij het – zie boven – blijkbaar amper te managen proces, zou ik zeggen: beter niet op social media dan slecht op social media. En al helemaal niet op basis van dit soort theorie.
Marc Drees
says:Een vrolijk oud vrouwtje is ten allen tijde te verkiezen boven een chagrijnig oud mannetje! Het verband is natuurlijk het ontbreken van enig onderscheid tussen passieve en actieve werving via sociale media; wat je in je vrolijkheid misschien hebt gemist. Het is een fundamenteel verschil aangezien toeteren via social media niet of nauwelijks lijkt te werken, maar het op een fatsoenlijke manier gebruik maken van al die user generated data het een stuk beter lijkt te doen.