Cijfertjes zijn leuk om mee te spelen, vooral als dat spel interessante informatie oplevert. Althans, interessant vanuit mijn optiek. Heb je er niets mee? Dan zou ik deze blog posting lekker links laten liggen.
Ik duik deze keer eens wat dieper in de ontwikkeling van de beroepsbevolking (blauwe lijn) en het werkende deel daarbinnen (rode lijn):
Ontwikkeling beroepsbevolking (*1.000), januari 2003 – september 2012. Totale (blauw) en werkende deel beroepsbevolking (rood). Bron: CBS
Er is sprake van een stagnatie bij het werkende deel van de beroepsbevolking! In de afgelopen drie jaar is dit deel van de beroepsbevolking min of meer stabiel gebleven; gemiddeld net onder de 7.4 miljoen. En dat terwijl de totale beroepsbevolking over dezelfde periode licht is toegenomen en ondertussen zelfs groter is dan de tussentijdse piek in 2009.
Met andere woorden, waar onze beroepsbevolking groeit (zeer waarschijnlijk vooral (zoniet uitsluitend) als gevolg van een groei van de arbeidsparticipatie) is er geen groei bij het werkende deel van die beroepsbevolking te noteren. Het is interessant om te zien hoe dit zich per leeftijdsgroep heeft ontwikkeld.
15 – 25 jaar
De jongste leeftijdsgroep binnen de beroepsbevolking heeft traditioneel een lage arbeidsparticipatie en dat toont zich ook in onderstaande grafiek
Ontwikkeling beroepsbevolking 15 – 25 jaar (*1.000), januari 2003 – september 2012. Totale (blauw) en werkende deel beroepsbevolking (rood). Bron: CBS
Het is niet zo dat de omvang van deze leeftijdsgroep zo schommelt in de tijd; het is duidelijk dat in periodes van recessie of slechtere economie een groter deel van deze leeftijdsgroep zich aan de beroepsbevolking onttrekt. Maar voor het deel dat zich wel tot de beroepsbevolking rekent zijn economisch slechtere tijden ook meteen een groot probleem om aan werk te komen.
Bij de jongeren zien we een duidelijke daling van de beroepsbevolking in het afgelopen jaar terwijl de totale beroepsbevolking min of meer gelijk is gebleven.
25 – 45 jaar
Deze leeftijdsgroep binnen de beroepsbevolking laat een duidelijke leegloop zien:
Ontwikkeling beroepsbevolking 25 – 45 jaar (*1.000), januari 2003 – september 2012. Totale (blauw) en werkende deel beroepsbevolking (rood). Bron: CBS
Dit heeft vrijwel alles te maken met de vergrijzing en bijzonder weinig met arbeidsparticipatie, hoewel deze leeftijdsgroep nog altijd het grootste deel van de beroepsbevolking uitmaakt. Tegelijkertijd is ook te zien dan sinds medio 2011 hier het werkende deel van de beroepsbevolking zeer sterk is teruggelopen terwijl de totale beroepsbevolking min of meer stabiel is gebleven. Hier heeft een duidelijke kaalslag plaatsgevonden onder de werkende populatie in deze leeftijdsgroep. Deze ontwikkeling is de belangrijkste oorzaak voor de overall stagnatie van de werkende beroepsbevolking, zoals in de eerste grafiek is te zien.
45 – 65 jaar
Tja, het fenomeen vergrijzing laat zich hier natuurlijk zeer sterk zien door een steile groei van de beroepsbevolking in de afgelopen tien jaar. Dit effect wordt overigens nog versterkt door een groeiende arbeidsparticipatie onder deze leeftijdsgroep.
Ontwikkeling beroepsbevolking 45 – 65 jaar (*1.000), januari 2003 – september 2012. Totale (blauw) en werkende deel beroepsbevolking (rood). Bron: CBS
Traditioneel is de werkloosheid onder oudere werknemers laag, hoewel er duidelijk een toenemende afstand tussen de twee lijnen is waar te nemen in de laatste jaren.