LinkedIn heeft een zeer fraai stukje onbeschaamde zelfpromotie gepubliceerd onder de titel Recruiting Trends 2013, waarbij een aantal volgens LinkedIn relevante ontwikkelingen op het gebied van recruitment zijn weergegeven; wereldwijd en voor specifieke landen. En het mag natuurlijk niet verwonderlijk heten dat de belangrijkste trend de volgende is:
Social professional networks are increasingly impacting the quality of hire
En laat LinkedIn nou net één van die social professional networks zijn. Wie had dat gedacht…? Maar los van de zelfpromotie is het natuurlijk altijd goed om een dergelijk onderzoek eens nader te bekijken.
Kwaliteit van het onderzoek
Daar moet ik helaas grote vraagtekens bij zetten. Als voorbeeld gebruik ik de informatie die Linkedin laat zien over de kanalen die door corporate Nederland (205 respondenten) worden ingezet bij het aantrekken van nieuwe medewerkers:
We weten dat LinkedIn heel populair is in Nederland, maar een groei van social professional networks met 104% in slechts twee jaar? Really?? Let wel, het gaat hierbij om corporate recruiters. Die in het algemeen net zo snel bewegen als een slak in dikke stront. Maar nu ineens gelijktijdig massaal op de LinkedIn bandwagon zijn gesprongen? En tegelijkertijd met z’n allen vacaturesites hebben gedumpt (-41%)? En dat terwijl het vacturevolume op vacaturesites in vergelijking met 2011 met slechts zo’n 10% is gedaald, waarbij het grootste deel van die daling naar alle waarschijnlijkheid aan conjuncturele effecten kan worden toegeschreven. Hmmm…
Misschien heeft het met de uitvraag te maken, die een enorme interpretatieruimte laat: Think about the key quality hires that your organization made in 2012 [?]. Which of the following were the most important sources for those key positions?
Goeie god.Wat is een key quality hire, en wat is de most important source? Daar kan iedereen zijn eigen interpretatie aan geven. Het kan dus zo maar zijn dat deze vraag door iedere respondent op een andere manier geinterpreteerd is. Waarmee een lekker consistente dataverzameling is opgebouwd. Zeker als de respondenten ook nog per jaar verschillen.
En dan is er nog de vraag of alle 205 Nederlandse respondenten exact weten welke kanalen die key quality hires hebben opgeleverd. En of ze daarmee ook daadwerkelijk het juiste kanaal te pakken hebben waarlangs de kandidaat en het bedrijf als eerste met elkaar in contact zijn gekomen. Ik heb een donkerbruin vermoeden… Het zou me niets verbazen als sentiment rondom een kanaal een minstens zo belangrijke rol heeft gespeeld als de daadwerkelijke bijdrage van een kanaal bij de beantwoording van de vraag. Hoewel ik dat natuurlijk nooit hard kan maken tenzij LinkedIn de cijfers openbaar maakt zodat onafhankelijke verificatie kan plaatsvinden. Maar de kans daarop is net zo groot als dat social professional networks in een LinkedIn onderzoek als minst relevante kanaal naar voren gaat komen.
De resultaten op basis van deze vraag lijken dus meer op een crap shoot dan iets anders.
Overigens vind ik het bijzonder interessant om te zien dat Nederland de enige van de onderzochte landen is waar naast Social professional networks (denk LinkedIn, Viadeo, XING) ook General social media (Facebook, Twitter) in voldoende mate werd genoemd om een aparte vermelding te verdienen in bovenstaande opsomming van kanalen. We zijn oprecht social media addicts, ook als het om online recruitment gaat.
Resultaten van het onderzoek
Als we er echter vanuit mogen gaan dat die crap shoot in ieder land min of meer op dezelfde manier werkt kan er met de cijfers in ieder geval iets gezegd worden over regionale verschillen in aandacht die voor de verschillende kanalen bestaan. En door verder de resultaten over 2001 – 2013 te middelen wordt hopelijk de heterogeniteit van de respondenten (en daarmee de soms extreme variatie in percentages) enigszins gedempt.
En dan krijg je dus zoiets te zien:
Het Nederlandse corporate recruitment is dus van mening dat de eigen wervingssite veel belangrijker is dan het wereldwijd gemiddelde. ‘Wij’ vinden de corporate wervingssite zelfs het belangrijkste kanaal voor key quality hires. Daarnaast zijn wij veel enthousiaster over social professional networks en tegelijketijd veel negatiever over vacaturesites, referrals, cv databases en ATS’en als kanalen voor key quality hires. Alleen ten aanzien van werving & selectiebureaus en interne kandidaten liggen we op het wereldwijde gemiddelde.
Klopt dit beeld met de werkelijkheid? Joost mag het weten. Alle onderzoeken die het (gebrek aan) belang van bepaalde kanalen laat zien heeft in het algemeen een achterliggende agenda. Er is altijd wel een onderzoek te vinden die past bij de behoefte van een doelgroep. Het probleem is echter dat niemand het weet. De transparantie van de (online) recruitment markt is net zo groot als gezandstraald melkglas.
Ook nog even hetzelfde beeld voor een aantal Europese landen:
Blijkbaar heeft Frankrijk, ondanks haar nationale trots Viadeo, helemaal niets met social professional networks. Cool. Duitsland heeft een hekel aan cv databases, Italie laat referral links liggen en de UK doet niets met haar ATS. Geinig.
En dat is het wel zo’n beetje voor de belangijkste trend die door LinkedIn wordt onderscheiden. Dit zijn alle trends:
- Social professional networks are increasingly impacting quality of hire
- Employer branding is both a competitive threatand a competitive advantage
- Data is used to make better hiring and branding decisions
- Companies are investing in hiring internally to stop top talent from walking out the door
- Companies are figuring out the mobile recruiting terrain
Mooi toch?
Conclusie
Niente conclusie. Eenieder die gewoon lekker grafiekjes wil kijken kan terecht op het Linked domein binnen Slideshare om alle presentaties te bekijken. Eenieder die denkt de cijfers te kunnen gebruiken om een punt te maken dient te hopen dat zijn doelgroep alles voor zoete koek slikt. Wat overigens in de overgrote meerderheid van de gevallen ook daadwerkelijk de situatie is. Nadenken is vermoeiend en wordt daarom meestal vermeden. Het is veel beter om tijdens een vergadering even de laatste tweets op de smartphone te checken dan om je af te vragen of de gepresenteerde cijfers ook maar enigszins betrouwbaar zijn. Veel te vermoeiend… o, kijk, wat een leuke foto van een kitten. Like…
Peter de Koning
says:Grappig dat Europees bezien W&S bureaus blijkbaar nog altijd zo hoog en consistent blijven scoren in vele landen. En nog frappanter: er wordt geen woord over gerept over dit blijkbaar meest succesvolle kanaal. Social media zoals LinkedIn zouden dat kanaal intussen toch overbodig moeten hebben gemaakt volgens de arbeidsmarktprofeten? En dat zelfs in een tijd van een overvloed aan werkzoekenden! Wellicht een idee om eens een analyse hierop los te laten?
Marc Drees
says:Fijne kort-door-de-bocht analyse. W&S bureaus zijn en blijven een kanaal van belang alleen neemt het belang af bij betere hulpmiddelen voor actieve werving. LinkedIn is een dergelijk hulpmiddel en heeft schade toegebracht aan W&S bureaus. De groei in populariteit van deze en andere hulpmiddelen in combinatie met een steeds grotere zichtbaarheid van kandidaten online zal in komende jaren grotere schade toebrengen aan W&S bureaus. En hoe platter de dienstverlening van een W&S bureau hoe eerder disintermediation een feit is. Het blijft tenslotte altijd een zaak van toegevoegde waarde. En bij een daling van de kosten voor DHZ zal een W&S bureau of zijn waarde moeten vergroten of de kosten voor zijn dienstverlening verlagen. En die laatste optie is eindig.
Arno Bouwens
says:… en doorgroei binnen het bedrijf waar je werkt. Ken niet de aantallen maar veel banen worden aangeboden aan bestaande medewerkers dan in Nederland. Dit zou ik gewoon referral noemen. Punt is wellicht dat deze ‘banen’ nooit als vacature open worden gesteld.
Arno Bouwens
says:lol ‘Italie laat referral links liggen’ zegt ook wel wat over het onderzoek. Het Italiaanse zakenleven drijft grotendeels op relaties.
Marc Drees
says:Dat klopt. Maar dit hoeft niet noodzakelijkerwijs te zeggen dat bij het aannemen van medewerkers dit ook het geval is. Overigens is het wel gemeengoed bij overheidsambtenaren